Wat betekent caminho in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord caminho in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van caminho in Portugees.

Het woord caminho in Portugees betekent richting, weg, kant, weg, route, weg, route, pad, weg, doorgang, gang, pad, begaanbaarheid, pad, promenade, route, weg, oprit, oprijlaan, weg, baan, route, weg, pad, weg, baan, weg, nasleep, pad, weg, trein, voorrang geven aan, voorrang verlenen aan, toegeven aan, wijken voor, een weg vinden, naar huis, halverwege, halverwege, uit de weg, onderweg, het hele eind, op het rechte pad, da's precies wat we nodig hebben, oprit, oprijlaan, spoorweg, spoorbaan, jaagpad, op weg naar, zich een weg banen, de weg banen, gaan, voorzichtig voortbewegen, uit de weg gaan, de weg wijzen, de deur openen voor, de weg vrijmaken voor, de weg wijzen, voorgaan, de weg vrijmaken, in de weg staan, uit de buurt blijven, dwarsbomen, pionierswerk verrichten, zich een weg banen, in het midden gelegen, halverwege, op het goede spoor, op weg naar, onderweg naar, uit de weg ruimen, een omweg maken, het voortouw nemen, de weg wijzen, slecht gedragen, de weg vrijmaken voor, de deur open zetten voor, kortste weg, directe weg, afsnijden, doorploeteren, op schema, spoorwegmaatschappij, bewegen door, kappen door. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord caminho

richting, weg, kant

substantivo masculino

Que caminho você tomou para chegar aqui?

weg, route

substantivo masculino

Há um caminho pelas montanhas a 10 km ao sul daqui.

weg

substantivo masculino

O caminho para Boston é uma grande rodovia.

route

O cavalo conhecia a rota para casa perfeitamente.

pad

(figurado) (figuurlijk)

A trilha para o sucesso tem muitos buracos.

weg, doorgang

Siga a trilha na floresta.

gang

(caminho de pedestre)

pad

substantivo masculino (figuurlijk)

Essa é a pior coisa que já apareceu no meu caminho. Sinto que a sorte surgirá em breve.

begaanbaarheid

substantivo masculino

O caminho é bom até o rio, depois fica pesado.

pad

substantivo feminino (figurado, curso de ação) (figuurlijk)

promenade

(lugar privado)

route, weg

substantivo masculino (rota)

O trajeto de Paddington a Penzance dura quase seis horas.

oprit, oprijlaan

O caminho para a casa era ladeado por árvores.

weg, baan, route

(via)

Não pegue o caminho errado ou nos perderemos.

weg

(figurado) (figuurlijk)

Ela está no caminho da felicidade.

pad

(caminho)

Se você gosta de caminhar, há um monte de trilhas excelentes por aqui.

weg, baan

(caminho)

Qual estrada devo pegar para chegar a Atenas?

weg

(figuurlijk)

nasleep

substantivo masculino (resultado)

No rastro da tempestade, muitas pessoas ficaram desabrigadas.

pad

Há uma trilha que leva do portão até a porta da frente.

weg

Você vai ver rosas pelo caminho.

trein

A companhia sempre usa a ferrovia para transportar seus produtos.

voorrang geven aan, voorrang verlenen aan

(direção: dar prioridade)

toegeven aan, wijken voor

(algo ou alguém)

een weg vinden

(figurado: abrir caminho por) (figuurlijk)

naar huis

(indo para casa)

halverwege

locução adverbial

Nós voltamos até a metade do caminho por causa da neve.

halverwege

locução adverbial

uit de weg

locução adverbial

onderweg

Nós paramos no caminho e tiramos fotos.

het hele eind

locução adverbial

Ele acabou de correr uma maratona e estava descalço o caminho todo.
Hij heeft net een marathon gelopen en hij liep het hele eind op blote voeten.

op het rechte pad

(figurado) (figuurlijk)

da's precies wat we nodig hebben

interjeição (figurado: exatamente o necessário) (informeel)

oprit, oprijlaan

Sara estacionou o carro na entrada da garagem.

spoorweg, spoorbaan

(BRA)

jaagpad

(caminho que margeia um canal)

op weg naar

locução prepositiva

zich een weg banen

locução verbal

de weg banen

expressão verbal (figurado)

gaan

expressão verbal

voorzichtig voortbewegen

expressão

uit de weg gaan

expressão

De vrachtagen ging eindelijk uit de weg en ik kon rechts afslaan.

de weg wijzen

expressão

de deur openen voor, de weg vrijmaken voor

expressão (figuurlijk)

de weg wijzen

expressão verbal

voorgaan

expressão

de weg vrijmaken

(figurado, facilitar) (figuurlijk)

in de weg staan

expressão verbal (figurado)

uit de buurt blijven

expressão verbal (informeel)

dwarsbomen

expressão (figurado, informal)

pionierswerk verrichten

expressão verbal

zich een weg banen

expressão verbal (door dichte begroeiing)

in het midden gelegen

locução adverbial

Estamos no meio do caminho em nosso levantamento de fundos.

halverwege

locução adjetiva

op het goede spoor

locução adverbial (figurado) (figuurlijk)

op weg naar, onderweg naar

locução prepositiva (figurado, progredindo)

uit de weg ruimen

expressão

Laten we de opkuis uit de weg ruimen, dan kunnen we iets leuks doen.

een omweg maken

expressão verbal

Het is de beste bakker in de stad, en hij is het waard om een omweg te maken en er je brood te halen.

het voortouw nemen

expressão (figurado) (figuurlijk)

de weg wijzen

expressão

slecht gedragen

locução verbal (gíria: começar a se comportar imoralmente)

de weg vrijmaken voor, de deur open zetten voor

expressão verbal (figurado: levar até) (figuurlijk)

kortste weg, directe weg

(figuurlijk)

afsnijden

expressão verbal

Ele cortou caminho pelo quintal do vizinho para chegar mais rápido.

doorploeteren

locução verbal (informeel)

op schema

locução adverbial (conforme o planejado) (figuurlijk)

spoorwegmaatschappij

A companhia ferroviária frequentemente parece mais interessada em lucros do que no conforto de seus passageiros.

bewegen door

locução verbal

Ela abriu caminho pela multidão.

kappen door

expressão verbal (jungle)

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van caminho in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.