Wat betekent trop in Frans?

Wat is de betekenis van het woord trop in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van trop in Frans.

Het woord trop in Frans betekent te, al te, maar al te, wel, toch wel, zo, erg, overdreven, te, buitensporig, excessief, uiterst, geweldig, super, te veel, buitensporig, excessief, verdomd, vervloekt, tering, ontzettend, ontiegelijk, ontzettend, verdomd, vervloekt, erg, zeer, dood-, ontzettend, ontiegelijk, betaalbaar, oververhit, te veel betaald, overgevoelig, vet, dodelijk, wreed, eentonig, jachtig, uitvoerig, langdradig, omslachtig, te vroeg, afvoer, teveel, te veel betaald bedrag, overdreven reageren, te veel betalen, overdrijven, overvoeren, overbevolken, ontzagwekkend, beangstigend, te veel betaald, te veel uitgekeerd, betweterig, wijsneuzerig, oververhitten, hilarisch, bumperkleven, dorstig, verspillen, overmoedig, arrogant, lang, bemoeiziek, verwend, onzeker, onzeker, slepend, verrukkelijk, heerlijk, overgaar, opvallend, overbezorgd, geprijsd, te formeel gekleed, veel te duur, saai, dolblij, officieus, te oud, overijverig, kitscherig, opzichtig, lekker, overdreven ambitieus, te ambitieus, sterk afhankelijk, overijverig, toegeeflijk, lankmoedig, te groot, te lang, te kieskeurig, te optimistisch, te kieskeurig, te verfijnd, overrijp, te streng, te subtiel, achterdochtig, wantrouwig, argwanend, mierzoet, niet zo heel slecht, heerlijk, zalig, overgaar, té joviaal, té amicaal, slap, los, losjes, te vroeg, veel te, staan te trappelen om, niets te vroeg, precies op tijd, we zijn nog maar in het beginstadium, dan kan je lang wachten, wacht daar maar niet op, Britse toneelspeler, bumperklever, te grote nadruk, te veel nadruk, zich te netjes kleden, te veel voor, tot het uiterste gaan, mild worden tegen iemand, te ver gaan, te veel eten, zich verslapen, overdrijven, overacteren. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord trop

te

adverbe

Dan est trop bavard. Cette nourriture est trop salée.

al te, maar al te

Elle n'a pas trop envie d'être impliquée là-dedans.

wel, toch wel

adverbe (familier, jeune)

Je vais trop y aller !

zo, erg

Ce type est très (or: tellement) beau !

overdreven, te

Ben est trop curieux de la vie privée de son nouveau collègue.

buitensporig, excessief, uiterst

geweldig, super

adjectif (familier)

Il est tellement beau, il est trop.

te veel

adverbe

buitensporig, excessief

verdomd, vervloekt, tering

(slang)

Ce film est vraiment pourri.

ontzettend, ontiegelijk

(informeel)

Le vent avait soufflé violemment toute la nuit.

ontzettend

(familier) (als versterker)

Est-ce que tu as vu ce film ? Il est super bien !

verdomd, vervloekt

(familier) (krachtterm)

erg, zeer

Il a énormément souffert de cette rupture amoureuse.

dood-

(familier) (spreektaal)

C'était super facile !

ontzettend, ontiegelijk

(informeel)

Mon bras m'a fait horriblement mal quand je suis tombé de vélo.

betaalbaar

Leah et son copain recherchent un appartement abordable.

oververhit

(lieu surtout)

te veel betaald

(salaris)

overgevoelig

vet, dodelijk, wreed

(informeel, figuurlijk)

eentonig

jachtig

(histoire)

uitvoerig, langdradig, omslachtig

(soutenu)

te vroeg

afvoer

(van vloeistof)

Le trop-plein provenant des champs pollue les ruisseaux du coin.

teveel

Ces panneaux routiers et ces panneaux d'affichage sont en trop ; il y en a un tous les 60 m sur l'autoroute !

te veel betaald bedrag

nom masculin

overdreven reageren

te veel betalen

(salaris)

overdrijven

overvoeren

overbevolken

(rare)

ontzagwekkend, beangstigend

Tu as vu son dernier film ? Il est génial !

te veel betaald, te veel uitgekeerd

betweterig, wijsneuzerig

(informeel)

oververhitten

Tu as surchauffé le café, il est imbuvable.

hilarisch

(familier) (informeel)

Le spectacle de cette humoriste était tordant (or: trop drôle) !

bumperkleven

Une voiture rouge m'a collé au train pendant tout le trajet jusqu'à l'épicerie.

dorstig

(figuré) (informeel)

Cette voiture est gourmande ; elle me coûte une fortune en essence.

verspillen

verbe transitif (changement de sujet)

Il ne la comprend pas : il ne se rend pas compte de ses qualités.

overmoedig, arrogant

Ne sois pas trop sûr de toi si tu veux qu'on t'apprécie.

lang

(neutre)

Tom a rédigé un long article sur son travail pour un journal local.

bemoeiziek

verwend

(personne)

Les parents de cette enfant lui ont laissé faire tout ce qu'elle voulait ; elle est trop gâtée.

onzeker

(personne)

onzeker

(personne)

Il n'est pas sûr de pouvoir venir avec nous.

slepend

adjectif (figuurlijk)

La très longue discussion a duré une heure de plus que ce qu'elle aurait dû.

verrukkelijk, heerlijk

Les invités apprécièrent tous les délicieux gâteaux.

overgaar

locution adjectivale

opvallend

locution adjectivale

Je n'étais pas content des décorations dorées et trop voyantes à ma soirée.

overbezorgd

geprijsd

Il est important de vous assurer que vos produits sont estimés à bon escient sur le marché.

te formeel gekleed

locution adjectivale

veel te duur

saai

dolblij

(familier) (informeel)

officieus

(attitude de [qqn])

te oud

overijverig

kitscherig, opzichtig

(familier) (kleding)

lekker

Ce gâteau a un petit goût de revenez-y.

overdreven ambitieus, te ambitieus

adjectif

sterk afhankelijk

adjectif

overijverig

adjectif

toegeeflijk, lankmoedig

adjectif

te groot

adjectif

te lang

locution adjectivale

te kieskeurig

te optimistisch

adjectif

te kieskeurig

adjectif

te verfijnd

adjectif

overrijp

te streng

(personne)

Ma prof d'anglais est vraiment trop sévère !

te subtiel

adjectif

achterdochtig, wantrouwig, argwanend

mierzoet

locution adjectivale

niet zo heel slecht

– Comment se passe ton nouveau boulot ? – Pas trop mal, merci.

heerlijk, zalig

(voedsel)

overgaar

locution adjectivale

té joviaal, té amicaal

(positif)

slap, los, losjes

(attacher)

te vroeg

locution adverbiale

Quand j'arrive au travail trop tôt, je dois attendre qu'ils ouvrent les portes. Tu as retiré le gâteau du four trop tôt.

veel te

locution adverbiale

Elle était beaucoup trop maigre pour être attirante.

staan te trappelen om

(figuurlijk)

niets te vroeg, precies op tijd

(familier)

On dirait que le printemps est enfin arrivé et c'est pas trop tôt !

we zijn nog maar in het beginstadium

dan kan je lang wachten, wacht daar maar niet op

(informeel)

Neil a promis de tout préparer mais ne te fais pas d'illusions !

Britse toneelspeler

bumperklever

te grote nadruk, te veel nadruk

zich te netjes kleden

verbe intransitif

te veel voor

S'occuper de six enfants était trop pour la jeune mère épuisée.

tot het uiterste gaan

Les grands athlètes sont prêts à prendre des mesures extrêmes pour réussir.

mild worden tegen iemand

(figuré)

Ne prends pas de gants avec moi : tu dois me dire ce que tu penses vraiment.

te ver gaan

Je t'ai déjà alerté sur ta désobéissance mais cette fois, tu es allé trop loin !

te veel eten

locution verbale

zich verslapen

overdrijven, overacteren

Cette actrice a toujours tendance à en faire des tonnes.

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van trop in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.