Wat betekent shop in Engels?
Wat is de betekenis van het woord shop in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van shop in Engels.
Het woord shop in Engels betekent winkel, winkelen, werkplaats, winkelsessie, handenarbeid, kopen, shop, shop, business, business, shop, store, shop, store, shop, chemist, chemist's, chemist's shop, import shop, flower shop, coffee shop, display window, show window, chemist, chemist's, chemist's shop, hairdresser's, hairdresser's, hairdresser's, pastry shop, vendor, show window, shop window, display window, shopkeeper, shop owner, retailer, herenkapper, herenkapsalon, barbershop, schoonheidssalon, bruidsmodewinkel, slagerij, koffieshop, coffeeshop, koffiehuis, 1-eurowinkel, belastingvrije winkel, cadeauwinkel, lommerd, platenzaak, verhuurwinkel, een winkel beginnen, werkvloer, winkelinrichting, winkelpui, speciaalzaak, sweatshop, theehuis, theewinkel, speelgoedwinkel, bedrijf dat werknemers verplicht toe te treden tot de vakbond. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord shop
winkelnoun (esp UK (retail) The shop specialised in hiking equipment. |
winkelenintransitive verb (buy things) My wife can shop all day long. |
werkplaatsnoun (workshop) He keeps a shop in the basement with all his tools. |
winkelsessienoun (informal (act of shopping) There is nothing like a good shop to cheer oneself up. |
handenarbeidnoun (US (school: tools, wood) He made a wooden boat in shop class. |
kopentransitive verb (buy things from) We shop traditional Indian for our vegetables. |
shop(winkels ingaan) (intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.") |
shop(etalages bekijken) (intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.") |
business(bedrijf, zaak) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
business(bedrijf, onderneming) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
shop, store(plaats voor verkoop) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
shop, store(anglicisme (winkel) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
shop(winkelen) (intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.") |
chemist, chemist's, chemist's shop(winkel voor geneesmiddelen) (UK) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
import shop(winkel) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
flower shop(verkoopplaats) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
coffee shop(NL: verkoopplaats voor softdrugs) (soft drugs) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
display window, show window(uitstalraam) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
chemist, chemist's, chemist's shop(apotheek) (UK) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
hairdresser's(zaak) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
hairdresser's(NL (kapperszaak) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
hairdresser's(Belg. (kapperszaak) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
pastry shop(banketbakker) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
vendor(persoon die iets verkoopt) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
show window, shop window, display window(etalage, winkelraam) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
shopkeeper, shop owner, retailer(iemand die een winkel heeft) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
herenkapper, herenkapsalonnoun (men's hairdressing salon) A spinning red, white, and blue pole denotes a barbershop. |
barbershopnoun (singing group: four men's voices) (anglicisme, muziek) Martin sings bass in a barbershop quartet. |
schoonheidssalonnoun (shop offering cosmetic treatments) She goes to the beauty salon nearly every week for a facial and a manicure. My aunt went to the beauty salon to have her hair and nails done. |
bruidsmodewinkelnoun (shop selling wedding clothes) Bridal shops are reporting the usual spring increase in business. |
slagerijnoun (meat shop, department) The butcher is open until 5:00, but the rest of the store closes at 8:00. |
koffieshopnoun (café, bar where coffee is served) |
coffeeshopnoun (café where cannabis is served) In most of the coffee shops in Amsterdam, you can order a coffee or beer and a selection of cannabis from a dozen different countries. |
koffiehuisnoun (establishment where coffee is served) The Golden Horn was a 60's coffeehouse where you could find coffee, folk songs and poetry but no alcohol . |
1-eurowinkelnoun (shop selling cheap items) These sunglasses were only a buck at the dollar store. Jane's present looked as if it had been bought in a pound shop. |
belastingvrije winkelnoun (UK (airport: untaxed goods store) You must show your boarding pass at the checkout counter of the duty-free shop. |
cadeauwinkelnoun (store selling gifts) If you need a little something for your brother's birthday, there's a gift shop on the corner. |
lommerdnoun (US (store where items are pawned) |
platenzaaknoun (store selling recorded music) |
verhuurwinkelnoun (business that hires [sth] out) |
een winkel beginnenverbal expression (open a business) Linda's set up shop doing sewing repairs and dressmaking. |
werkvloernoun (factory: production area) (fabriek) |
winkelinrichtingplural noun (furnishings, supplies for a store) |
winkelpuinoun (façade or window of a store) |
speciaalzaaknoun (specialized goods) They only sell golf shoes in that specialty store. |
sweatshopnoun (informal, figurative, pejorative (factory that exploits workers) (anglicisme) A lot of immigrants work in sweatshops, sewing garments. |
theehuisnoun (café serving tea) He used to sit in the tea shop and read the papers. |
theewinkelnoun (store that sells tea) You can find all sorts of different teas in the tea shop on La Salle Street. |
speelgoedwinkelnoun (store selling children's playthings) In the weeks before Christmas, toy shops are packed. |
bedrijf dat werknemers verplicht toe te treden tot de vakbondnoun (employees must join union) |
Laten we Engels leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van shop in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.
Verwante woorden van shop
Synoniemen
Geüpdatete woorden van Engels
Ken je iets van Engels
Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.