Wat betekent hall in Engels?

Wat is de betekenis van het woord hall in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van hall in Engels.

Het woord hall in Engels betekent zaal, landhuis, hal, gang, entrance, entry, hall, foyer, lobby, lobby, lounge, foyer, hall, hall, hall, entrance hall, auditorium, lecture hall, lecture hall, dance hall, function hall, hallway, hall corridor, town hall, city hall, canteen, sports hall, sports centre, town hall, city hall, meeting hall, conference room, gemeentehuis, stadhuis, concertzaal, stadhuis, gemeentehuis, eregalerij, eetzaal, biljartlokaal. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord hall

zaal

noun (large room)

The old hall had a large fireplace to heat it.

landhuis

noun (space for public events)

Amanda's parents rented a hall for her wedding reception.

hal, gang

noun (corridor, hallway)

entrance, entry

(ingang)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

hall, foyer, lobby

(zeer grote ruimte)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

lobby, lounge, foyer, hall

(Engels (vertrek: hal)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

hall

(grote ruimte)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

hall, entrance hall

(hal, ingang)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

auditorium, lecture hall

(universiteit: groot leslokaal)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

lecture hall

(universiteit: aula, leslokaal)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

dance hall

(dansgelegenheid)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

function hall

(zaal voor feesten)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

hallway, hall corridor

(lange smalle ruimte)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

town hall, city hall

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

canteen

(ruimte waar men een maaltijd kan gebruiken)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

sports hall, sports centre

(speelhal)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

town hall, city hall

(gemeentehuis)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

meeting hall, conference room

(zaal waar vergaderd wordt)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

gemeentehuis, stadhuis

noun (US (seat of municipal government)

concertzaal

noun (auditorium for music)

The orchestra are rehearsing in the concert hall.

stadhuis, gemeentehuis

noun (town hall)

eregalerij

noun (figurative (list of great achievers)

Only the greatest athletes ever make it to their sport's hall of fame.

eetzaal

noun (military dining hall) (leger)

All the soldiers were eating in the mess hall.

biljartlokaal

noun (area where pool is played)

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van hall in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.