Wat betekent dever in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord dever in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van dever in Portugees.

Het woord dever in Portugees betekent zou moeten, moeten, verschuldigd zijn aan, moeten, moeten, moeten, verschuldigd zijn aan, te danken hebben aan, moeten, mocht, zullen, zou moeten, verplichting, moeten, plicht, zou moeten, zouden moeten, betamen, zou moeten, kunnen, mogen, behoren, betamen, zou moeten, zouden moeten, leerstof, opdracht, had moeten, zullen, zullen, taak, huiswerk, huiswerk, verschuldigd, plichtsbetrachting, nauw samenhangen met. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord dever

zou moeten

verbo transitivo (subjuntivo:+ infinitivo, inglês)

Embora ele devesse ir, provavelmente ficará em casa.

moeten

(obrigação, ter que)

Você deve tirar uma carteira nova de motorista.

verschuldigd zijn aan

verbo transitivo (débito financeiro) (financieel)

Devido ao empréstimo que fiz para comprar a minha casa, devo muito dinheiro ao banco.

moeten

verbo transitivo (sugestão)

Talvez você devesse ir à reunião esta noite. O que você acha?

moeten

(ter a obrigação) (verplichting)

Eu devo ir ao tribunal na segunda ou serei preso.

moeten

Você deve reportar essas coisas para a polícia.

verschuldigd zijn aan, te danken hebben aan

verbo transitivo

Ele devia a vida dele as habilidades médicas do cirurgião. Eu devo minha boa aparência a minha bela avó.

moeten

verbo transitivo (estimativa) (ten minste)

Não tenho certeza do quanto, mas devo tomar mais de três copos de água por dia.

mocht

verbo transitivo (ingl, em oração condicional: deveria)

Ele deve dar um pulo lá e dar um oi para ele.

zullen, zou moeten

verbo transitivo (probabilidade: deverá)

Nossa equipe deve ganhar o jogo porque é muito melhor que os adversários.

verplichting

Mary sente obrigação de ajudar Peter com seus problemas.

moeten

(que se espera de)

Você sempre precisa terminar seu trabalho a tempo para esse professor.

plicht

Votar é seu dever.

zou moeten, zouden moeten

verbo auxiliar

Deanna não estuda tanto quanto devia.

betamen

zou moeten

verbo auxiliar (conselho)

Você realmente devia dirigir mais cuidadosamente.

kunnen, mogen

verbo transitivo (contrariedade)

Você devia ter me informado mais cedo!
Nou! Dat had je me wel wat eerder kunnen/mogen vertellen!

behoren, betamen

verbo transitivo

Todos devem lutar por uma sociedade mais justa.

zou moeten, zouden moeten

verbo transitivo

Se sairmos ás 8 da manhã, isso nos deve nos dar tempo de sobra.

leerstof, opdracht

had moeten

verbo transitivo (possibilidade malograda: deveria)

Bruna deveria ter notado que Erik estava mentindo para ela.

zullen

verbo transitivo

Você deve se apresentar ao comandante imediatamente.

zullen

Este deve ser o lugar, se é que eu entendi as instruções.
Dit zal het wel zijn.

taak

substantivo masculino (responsabilidade)

Quando o seu pai estiver fora, é o seu trabalho tomar conta do seu irmão menor.

huiswerk

Jimmy tem bastante dever de casa.

huiswerk

(figurativo, preparação)

Fiz meu dever de casa e estou bem preparado para o encontro.

verschuldigd

plichtsbetrachting

nauw samenhangen met

Zijn succes hangt nauw samen met zijn vaders connecties.

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van dever in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.