Wat betekent casado in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord casado in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van casado in Portugees.

Het woord casado in Portugees betekent getrouwd, gehuwd, getrouwd, gehuwd, verenigd, getrouwd, gehuwd, pasgetrouwde, pasgehuwde, pasgetrouwd, pasgehuwd, niet bij elkaar passend, gelukkig getrouwd, getrouwd met, getrouwde naam. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord casado

getrouwd, gehuwd

adjetivo (esposado)

Ele é casado ou solteiro?

getrouwd, gehuwd

adjetivo

Como está a vida de casado?

verenigd

(figurativo)

Na visão dele, a tecnologia devia ser casada com um design agradável.

getrouwd, gehuwd

adjetivo

pasgetrouwde, pasgehuwde

substantivo masculino

pasgetrouwd, pasgehuwd

adjetivo

niet bij elkaar passend

(unido de maneira inadequada)

gelukkig getrouwd

locução adjetiva (fiel ao cônjuge)

getrouwd met

(figurado: devotado) (figuurlijk)

A universidade está casada com o ideal de trazer o melhor de todos os seus alunos.

getrouwde naam

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van casado in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.