Wat betekent bouger in Frans?

Wat is de betekenis van het woord bouger in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van bouger in Frans.

Het woord bouger in Frans betekent gaan, vooruitgaan, naar voren schuiven/zetten, iets verplaatsen, onderweg, in de weer, bezig, vertrekken, opstappen, in beweging blijven, zich bewegen, zich verroeren, rondreizen, bewegen, verroeren, zich bewegen, overal komen, schommeling, afwijking, aan de slag gaan, een beweging maken, waggelen, wankelen, zich verplaatsen, bruisen, in beweging blijven, een verschil maken, de kriebels hebben, opwekken, in beweging krijgen, voortdurend in beweging zijn, lood, niet toegeven, stil zitten, zich goed gedragen, doener, volhouden, op zijn plaats blijven, grooven. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord bouger

gaan, vooruitgaan

Si tu arrêtes de bouger, la guêpe te laissera tranquille.

naar voren schuiven/zetten

verbe transitif (Jeu : un pion,...) (bordspel)

Il a avancé son pion de quatre cases.

iets verplaatsen

J'ai déplacé la voiture plus près de la maison.

onderweg

(familier)

Après avoir braqué la banque, il n'a pas arrêté de bouger pour fuir les autorités.

in de weer, bezig

Mes enfants ne s'assoient jamais ! Ils bougent tout le temps.

vertrekken, opstappen

verbe intransitif (familier : partir)

Il en avait assez de cette ville alors il a décidé de bouger.

in beweging blijven

verbe intransitif

Le docteur a dit que je devais bouger pour maintenir mon poids. // Il bouge sans cesse, il ne tient pas longtemps en place.

zich bewegen, zich verroeren

Le bébé n'a pas bougé de toute la nuit.

rondreizen

(familier)

bewegen, verroeren

Elle n'a même pas bougé un cil lorsqu'il est entré dans la pièce.

zich bewegen

Je n'arrive même pas à faire bouger ce rocher ne serait-ce qu'un peu !

overal komen

schommeling, afwijking

aan de slag gaan

(familier)

Ils se sont réveillés à 10 h mais ils n'ont pas démarré (or: bougé) avant midi.
Ze werden om 10 uur wakker maar gingen pas 's middags aan de slag.

een beweging maken

Le vieil homme fit un geste pour que les enfants s'approchent.

waggelen, wankelen

Oliver a penché la chaise sur laquelle il était assis en arrière et elle s'est mise à osciller dangereusement.

zich verplaatsen

On ne peut pas s'asseoir à cette table. Il faut qu'on change de place.

bruisen

verbe intransitif (ville : figuré, familier) (figuurlijk)

Il était deux heures du matin et la ville bougeait toujours.

in beweging blijven

Certaines espèces de requins doivent bouger sans cesse pour survivre.

een verschil maken

Qu'est-ce que ça change ?

de kriebels hebben

Poppy a gigoté sur son siège pendant le long film.

opwekken, in beweging krijgen

L'orateur savait déchaîner la foule.

voortdurend in beweging zijn

Sheila bouge sans cesse et n'a jamais le temps de s'asseoir pour bavarder.

lood

(figuurlijk)

niet toegeven

Anne est totalement contre cette idée et ne va pas bouger d'un iota sa position.

stil zitten

verbe intransitif

La mère dit à son enfant de ne pas bouger tandis qu'elle essayait de lui couper les cheveux.

zich goed gedragen

verbe pronominal (familier)

Hé, les gars ! Vous feriez mieux de vous remuer (or: bouger) ou vous allez jarreter !

doener

Si tu veux promouvoir ton commerce, parle aux hommes et femmes d'action du quartier.

volhouden

locution verbale

Ne bougez pas, je reviens dans une minute. Ne bouge pas, j'arrive tout de suite.

op zijn plaats blijven

Reste là où tu es jusqu'à ce que j'arrive.

grooven

(figuré) (anglicisme)

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van bouger in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.