Wat betekent fluxo in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord fluxo in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van fluxo in Portugees.

Het woord fluxo in Portugees betekent stroming, stroom, stroming, stroming, stroom, stroom, uitvloeiing, uitstroming, veranderlijkheid,, flux, uittocht, vloed, toestroom, toevloed, vooruitgang, eb en vloed, straalwind, straalstroom, kasstroom, stroomhoeveelheid, stroomsnelheid, menses, vooruitgang. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord fluxo

stroming

O fluxo do córrego levava a água até o lago.

stroom, stroming

O rio tem uma corrente forte e é perigoso.

stroming

O fluxo da maré levou as cadeiras de praia.

stroom

substantivo masculino (de pessoas) (figuurlijk)

stroom

substantivo masculino (corrente)

uitvloeiing, uitstroming

substantivo masculino

veranderlijkheid,

substantivo masculino (mudança contínua)

flux

substantivo masculino (física: taxa de fluxo) (natuurkunde)

uittocht

substantivo masculino (pessoas)

vloed

substantivo masculino (corrente da maré) (getijden)

toestroom, toevloed

(de pessoas)

vooruitgang

eb en vloed

(movimento das marés)

straalwind, straalstroom

(meteorologie)

kasstroom

(movimento de entrada e saída de dinheiro de uma empresa)

stroomhoeveelheid

stroomsnelheid

menses

(formeel)

vooruitgang

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van fluxo in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.