Wat betekent espalhar in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord espalhar in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van espalhar in Portugees.

Het woord espalhar in Portugees betekent zich verspreiden, zich uitspreiden, verspreiden, verdelen, strooien, uitstrooien, verspreiden, smeren, uitsmeren, besmeren, uitvloeien, uitstorten, bezaaien, planten horizontaal laten groeien, zachtjes aanbrengen, een spoor maken op, een spoor achterlaten op, rondbazuinen, doorvertellen, loslippig zijn, verspreiden, verdrijven, verspreiden, bestrooien, bedekken, uitspreiden, sprenkelen, strooien, zaaien, bezaaien, zich verspreiden, doorsijpelen, eruit flappen, verspreiden, zich uitstrekken over, uitstrijken, zich uitbreiden, zich verspreiden, smeerbaar zijn, zich verspreiden, zich verspreiden, de armen en benen uitspreiden, uitwaaieren, razen, scheuren, uitdijing, verkloten, verpesten, zich verspreiden, heersen, ploeteren, strompelen, zich verspreiden, zich uitstrekken, zich snel ontwikkelen, woekeren, geruchten verspreiden, zich verspreiden, beginnen, afslaan, zaaien, roem verspreiden. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord espalhar

zich verspreiden, zich uitspreiden

verbo transitivo (estender)

A água se espalhou pelo piso.

verspreiden, verdelen

verbo transitivo

O treinador espalhou os jogadores pelo campo.

strooien, uitstrooien

verbo transitivo

Meu pai está espalhando sementes pelo jardim.

verspreiden

verbo transitivo

Os animais infectados espalharam a doença pelo país.

smeren, uitsmeren, besmeren

verbo transitivo

Ele espalhou manteiga na torrada.

uitvloeien, uitstorten

bezaaien

verbo transitivo (figuurlijk)

planten horizontaal laten groeien

verbo transitivo

zachtjes aanbrengen

verbo transitivo

een spoor maken op, een spoor achterlaten op

verbo transitivo

rondbazuinen, doorvertellen

verbo transitivo (informações)

Mallory espalhou o segredo de seu colega para toda a classe.

loslippig zijn

(divulgar algo)

verspreiden, verdrijven

verbo transitivo

A luz do sol logo dispersou a densa névoa.

verspreiden

(mentiras: espalhar)

bestrooien

bedekken

uitspreiden

sprenkelen, strooien

Oliver salpicou açúcar no seu cereal matinal.

zaaien

(figuurlijk)

Os atiradores de bombas jorraram destruição.

bezaaien

zich verspreiden

doorsijpelen

(figurativo) (figuurlijk)

eruit flappen

(ser indiscreto) (informeel)

verspreiden

zich uitstrekken over

verbo transitivo

O óleo logo cobriu o lago inteiro.

uitstrijken

verbo transitivo

Ela alisou a cobertura sobre o bolo com uma espátula.

zich uitbreiden, zich verspreiden

verbo pronominal/reflexivo

O cristianismo gradualmente se espalhou pela Europa. O incêndio se espalhou pela casa.

smeerbaar zijn

verbo pronominal/reflexivo

A margarina se espalha mais fácil que a manteiga.

zich verspreiden

verbo pronominal/reflexivo

O vírus se espalhou pela escola.

zich verspreiden

verbo pronominal/reflexivo

O alfaiate derrubou sua caixa de alfinetes e eles se espalharam por todo o lugar.

de armen en benen uitspreiden

(deitar estendendo braços e pernas)

Alex se esparramou no sofá vendo TV.

uitwaaieren

razen, scheuren

(fogo) (figuurlijk)

uitdijing

(van stad)

A cidade se estendeu em todas as direções. O jardim se estendeu para fora da casa com árvores e camas de flores, terminando finalmente no rio.

verkloten, verpesten

(gíria, vulgar, fazer mal feito, ofensivo) (informeel)

Ela fodeu com o exame.

zich verspreiden

Os jogadores se separaram.

heersen

verbo pronominal/reflexivo (ziekte)

Essa epidemia nojenta de gripe está se espalhando.

ploeteren, strompelen

(figurado)

zich verspreiden

Vamos nos dividir para podermos cobrir uma área maior. Não temos muito tempo.

zich uitstrekken

zich snel ontwikkelen

(aumentar rapidamente)

Novos edifícios espalharam-se rapidamente pela cidade nos últimos anos.

woekeren

(van plant)

A glicínia alastrou-se na frente da casa.

geruchten verspreiden

zich verspreiden

verbo pronominal/reflexivo

O estilo musical rapidamente se difundiu para vários continentes.

beginnen, afslaan

expressão verbal

Quando jogo sinuca, sempre gosto de espalhar as bolas.

zaaien

(plantar)

É muito cedo para semear para uma boa colheita.

roem verspreiden

expressão verbal

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van espalhar in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.