Wat betekent escuta in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord escuta in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van escuta in Portugees.
Het woord escuta in Portugees betekent tap, zeg, verkenner, padvinder, afluisterapparaatje, afgetapt, afgeluisterd, afluisteren, afluisterapparaat. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord escuta
tap
Caroline suspeitava que alguém tivesse colocado uma escuta em seu telefone. |
zeginterjeição (para chamar atenção) Olha, sabe onde posso achar um bom restaurante? |
verkenner, padvinder
Matthew é um escoteiro. Matthew é um escuteiro. |
afluisterapparaatje(figurado, informal) Christian descobriu um grampo preso ao detector de fumaça em seu quarto de hotel. |
afgetapt, afgeluisterd(BRA) |
afluisteren(aparelho) |
afluisterapparaat
Ele se infiltrou no grupo usando um microfone de escuta clandestina. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van escuta in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van escuta
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.