Wat betekent not sure in Engels?

Wat is de betekenis van het woord not sure in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van not sure in Engels.

Het woord not sure in Engels betekent niet, niet, niet, not, omitted, not show up, different, no more than, not anymore than, as little as, not at all, by no means, not remotely, You're not a child!, not make sense, not be involved in, not worth it, not enough, not all there, not the least bit, not hold in high esteem, not hold in high regard, not like, not love, not be in the mood, not in the least, not be capable, not get along with, not get on with, can not wait, not blame, not tasty, not nice, not good, not right in the head, not funny, not impressed, not be inferior to, not at ease, not get along with, not get on with, not fit, not be suitable, not advisable, not bad, not be able to sit still, do not disturb, not shrink from, not lose sight of, not matter, not born yesterday, not planning to, not planning on, not be susceptible to, not much, not available, not available, Not again!, unaware, not tasty, not nice, not good, not care about, not be able to do anything about, niet met z'n ogen knipperen, geen spier vertrekken, ongepast zijn, onder geen beding, zeker niet, nee, non-concurrentiebeding, vergeet-me-niet, niks om geven, nergens om geven, ik weet niet, zo niet, anders, tenslotte, kleinigheid, helemaal niet, geen kans, geen mogelijkheid, vergeet het, geen denken aan, nogal wat, aardig wat, geen spoor, geen sterveling, geen spoor, niet weer!, helemaal niet, niet slecht, niet toegeven, geenszins, oneerlijk, geen recht doen aan, Zelfs niet!, niet kunnen opschieten, niet overweg kunnen, koud laten, niet opgeven, zich geen zorgen maken, niets te maken hebben met, niet in verband staan met, niets te maken willen hebben met, niet het minste beetje, niet in de stemming, niet koosjer, niet koosjer, niet uit het oog verliezen, niet uit het oog verliezen, nergens op slaan, onzinnig zijn, onbegrijpelijk zijn, niets uitmaken, niets geven, niet geven, niet uitmaken, ergens geen doekjes omwinden, niet storen, niets uitmaken, niet uitmaken, nogal lelijk, verre van, bovennatuurlijk, zweverig, niet alleen, niet helemaal juist, niet terugdeinzen voor, niets moeten hebben van, niets bijzonders vinden, niet zo heel slecht, niet voordat, niet in staat, ongegrond, ongefundeerd, waardeloos, het vermelden niet waard, zou liever niet, zouden liever niet. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord not sure

niet

adverb (negation)

This apple is not green; it's red. "Has the boss arrived?" "Not yet."

niet

adverb (denial)

I am not guilty.

niet

adverb (refusal)

I do not want any sugar, thank you.

not

(niet iets)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

omitted

(laten uitblijven)

(verb, past participle: Verb form used descriptively or to form verbs--for example, "the locked door," "The door has been locked.")

not show up

(enkel in "het laten afweten" (niet opdagen)

(expression: Prepositional phrase, adverbial phrase, or other phrase or expression--for example, "behind the times," "on your own.")

different

(verschillend)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

no more than, not anymore than, as little as

(ook niet)

not at all, by no means

(helemaal niet)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not remotely

(informeel (absoluut niet)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

You're not a child!

(doe niet kinderachtig)

(interjection: Exclamation--for example, "Oh no!" "Wow!")

not make sense

(figuurlijk (niet logisch zijn)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not be involved in

(geen aandeel hebben in)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not worth it

(onbelangrijk, niet van belang)

(expression: Prepositional phrase, adverbial phrase, or other phrase or expression--for example, "behind the times," "on your own.")

not enough

(te weinig)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not all there

(informeel (niet slim, onverstandig) (informal)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not the least bit

(informeel (helemaal niet)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not hold in high esteem, not hold in high regard

(figuurlijk (iemand niet hoogachten)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not like

(v. voedsel: niet lusten)

not love

(m.b.t. persoon)

not be in the mood

(geen zin hebben in)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not in the least

(helemaal niet)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not be capable

(niet kunnen)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not get along with, not get on with

(niet overweg kunnen met)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

can not wait

(zeer graag willen)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not blame

(niet aanrekenen)

not tasty, not nice, not good

(m.b.t. eten: vies)

not right in the head

(informeel (persoon: niet goed snik) (informal)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not funny

(niet leuk, ernstig)

not impressed

(niet geïmponeerd)

not be inferior to

(even goed zijn als)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not at ease

(niet ontspannen)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not get along with, not get on with

(niet goed om kunnen gaan met)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not fit

(v. kleding: niet goed zitten)

not be suitable

(ongepast zijn)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not advisable

(niet aanbevolen)

not bad

(redelijk, voldoende)

not be able to sit still

(v. kind: zeer bewegelijk)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

do not disturb

(op deur v. hotelkamer)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not shrink from

(niet bang zijn voor)

not lose sight of

(bewaken, observeren)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not matter

(voorval: niet erg zijn)

not born yesterday

(figuurlijk (bijdehand zijn, pienter zijn) (figurative)

(expression: Prepositional phrase, adverbial phrase, or other phrase or expression--for example, "behind the times," "on your own.")

not planning to, not planning on

(niet voorhebben)

not be susceptible to

(niet ontvankelijk zijn voor)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

not much

(figuurlijk, informeel (niet best, weinig waard)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

not available

(niet beschikbaar)

not available

(niet beschikbaar)

Not again!

(uitroep van ergernis)

(interjection: Exclamation--for example, "Oh no!" "Wow!")

unaware

(zonder te weten)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

not tasty, not nice, not good

(eten: niet smakelijk)

not care about

(onbelangrijk vinden)

not be able to do anything about

(niet kunnen verhelpen)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

niet met z'n ogen knipperen, geen spier vertrekken

verbal expression (figurative, informal (not be shocked or disapprove) (figuurlijk)

ongepast zijn

verbal expression (be inappropriate)

Your comment about your neighbor's wife was not called for.

onder geen beding, zeker niet

interjection (expressing refusal)

"Could I borrow your car?" "Certainly not!"

nee

interjection (expressing denial)

"Did you drink the bottle of beer I left in the fridge?" "Certainly not!"

non-concurrentiebeding

noun (law: anti-competition agreement) (juridisch)

vergeet-me-niet

noun (plant with small blue flowers)

Forget-me-nots are my favorite flower.

niks om geven

verbal expression (slang, potentially offensive (not care)

I don't give a damn that my ex has a new girlfriend!

nergens om geven

verbal expression (vulgar, slang (not care)

Sally said she doesn't give a s*** what her unfaithful ex-husband does with his time.

ik weet niet

expression (declaration of ignorance)

There is no point asking me; I do not know. I do not know the answer to that complicated math problem!

zo niet, anders

conjunction (if this is not the case)

Let's see if Pete is free this evening. If not, we can always go without him.

tenslotte

adverb (lastly)

Last but not least, don't forget to ring me when you get there. Last but not least, I'd like to thank my husband for his support.

kleinigheid

noun (informal (a matter of little importance)

It is not a big deal that your brother likes to drink a beer now and then. Knitting a sweater is not a big deal for Jane; she has been knitting since she was eight years old.

helemaal niet

adverb (informal (not at all)

Am I bothered about missing the show? Not a bit. I'm not a bit worried about this exam because I've revised really hard for it.

geen kans, geen mogelijkheid

noun (no possibility)

There is not a chance he would ever win a foot race.

vergeet het, geen denken aan

interjection (impossible)

"Do you think Phil will lend us the money?" "Not a chance!"

nogal wat, aardig wat

adjective (quite a lot)

There were not a few vegetarians among us.

geen spoor

noun (no sign, no indication)

There was not a hint of any sugar in that sour pie.

geen sterveling

noun (nobody)

It was two o'clock in the morning and not a soul was on the streets. They got married and not a soul knew until a year later.

geen spoor

noun (no sign, no indication)

Come April, there is not a trace left of the snow. There is not a trace of any sugar in this tea.

niet weer!

interjection (expressing exasperation)

Not again! I told you tomato sauce is hard to remove from white shirts!

helemaal niet

adverb (in no way, to no extent)

My boss was not at all pleased with my work, so he fired me.

niet slecht

adjective (reasonably good)

That sauce isn't very good, but it's not bad, either.

niet toegeven

verbal expression (figurative (not change opinion)

Anne is completely against the idea, and will not be moved from her position.

geenszins

expression (in no way, by no method)

I will not by any means allow you to borrow my car.

oneerlijk

adjective (UK, figurative, slang (unfair, not sporting)

Well, I say! That simply isn't cricket!

geen recht doen aan

verbal expression (not show well)

That photograph does not do justice to her beauty.

Zelfs niet!

interjection (slang (no!)

niet kunnen opschieten, niet overweg kunnen

verbal expression (not be friends)

My sister and I never really got along when we were growing up.

koud laten

verbal expression (figurative, informal (not care, be unconcerned) (figuurlijk, informeel)

niet opgeven

intransitive verb (persevere, persist)

John got tired in the middle of the race, but he did not give up.

zich geen zorgen maken

(not worry about anything)

He strolls through life as though he does not have a care.

niets te maken hebben met, niet in verband staan met

verbal expression (be unrelated to)

Baking a cake does not have anything to do with repairing a car. Being smart doesn't have anything to do with being strong.

niets te maken willen hebben met

verbal expression (avoid contact with)

Since she stole my earings, I do not have anything to do with her anymore. I'll not have anything to do with my ex-wife's new husband.

niet het minste beetje

adverb (not at all)

Sure, you can borrow five dollars, I don't mind in the least.

niet in de stemming

adjective (informal (disinclined, unwilling)

I'm not in the mood to listen to your lies.

niet koosjer

adjective (not edible for Jews) (religieus)

Observant Jews do not eat pork because it is not kosher.

niet koosjer

adjective (figurative, slang (legitimate) (informeel)

Hey! Hitting under the belt is not kosher.

niet uit het oog verliezen

verbal expression (keep in view)

Do not lose sight of your children around water.

niet uit het oog verliezen

verbal expression (figurative (remain focused on) (figuurlijk)

Don't lose sight of your goal, you're almost there.

nergens op slaan

verbal expression (be illogical)

It does not make sense to butter your bread with axle grease.

onzinnig zijn, onbegrijpelijk zijn

verbal expression (be incomprehensible)

Ainsley was drunk and what he was saying was not making sense.

niets uitmaken, niets geven, niet geven, niet uitmaken

verbal expression (be unimportant)

It does not matter if you make a typing mistake; just back up and fix it. // Don't be upset about what happened; it doesn't matter.

ergens geen doekjes omwinden

(figurative (express oneself plainly) (figuurlijk)

niet storen

verbal expression (not upset)

I thought Dave might be upset that we didn't invite him, but he didn't mind.

niets uitmaken, niet uitmaken

verbal expression (no preference)

I don't mind which day we go to the cinema as I'm free all week.

nogal lelijk

adjective (informal (unattractive or unimpressive)

He's not much to look at, but he's got a good job and he's very nice. It's not much to look at, but it's home.

verre van

adverb (nowhere near)

Two pounds of beef is not nearly enough to feed 50 people. The roast is not nearly cooked, so dinner will be delayed.

bovennatuurlijk

adjective (otherworldly)

Ghosts and goblins are not of this world.

zweverig

adjective ([sb]; engrossed by spiritual matters) (informeel)

Ruth is not of this world, and refuses to compromise her religious convictions.

niet alleen

adverb (not being restricted to)

Stargazing is not only educational, it's fun.

niet helemaal juist

adjective (slightly wrong)

It is a good translation, but that word choice is not quite right.

niet terugdeinzen voor

verbal expression (face bravely)

Soldiers need to not shrink from their duties even in the heat of battle.

niets moeten hebben van

verbal expression (not welcome)

I do not take kindly to people who don't know me calling me 'honey'.

niets bijzonders vinden

verbal expression (informal (be unimpressed by)

I did not think much of that artist's new exhibit, I thought it was trite.

niet zo heel slecht

adjective (OK, better than expected)

niet voordat

conjunction (only when, only after)

Not until your homework and your chores are finished may you watch TV.

niet in staat

preposition (informal (not fit enough for)

He tried hard, but he was not up to the challenge. Your performance is not up to the standards we are looking for.

ongegrond, ongefundeerd

adjective (not based on fact)

The evidence against John was not well founded, so he avoided prosecution. Your optimism about the stock market was clearly not well founded.

waardeloos

adjective (of no value)

The standard version is not worth having because it lacks the most-desired functions on the deluxe version.

het vermelden niet waard

adjective (trivial, insignificant)

The slight inconvenience of having to wait is not worth mentioning. The tiny amount of sodium in grapefruit is not worth mentioning.

zou liever niet, zouden liever niet

verbal expression (prefer not to)

I'd rather not go to Spain again this year for our holidays. They would rather not have to make anyone redundant.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van not sure in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.